Terug naar het oude normaal of onderweg naar transformatie?
Niemand zal betwisten dat digitale geletterdheid door de coronacrisis een boost heeft gekregen. Ook kennen we allemaal voorbeelden van slimme digitale oplossingen en van vraagstukken die ons bezig houden, zoals privacy en groeiende kansenongelijkheid. Deze tijd geeft vele inzichten in de rol die technologie kan spelen in ons onderwijs. Wat kunnen we hier voor de toekomst van leren? Juist met alle ervaringen op zak is dit een goed moment om je visie op onderwijs met digitalisering te herzien. Niet als ‘losse flodder’, maar in samenhang met het geheel.
In deze reeks korte blogs wil O21 met jullie nadenken over de kansen die de coronacrisis ons biedt om ons onderwijs en de rol die technologie daarbij kan spelen opnieuw te bezien. Vandaag deel 3 van 6: over bronnen, lesmaterialen en groeperingsvormen.
Bronnen en materialen
Voor de crisis maakten al ruim 3.000 scholen in het Primair Onderwijs dagelijks gebruik van digitale adaptieve leermiddelen als Snappet, Gynzy en Bingel. Tijdens de crisis is dit aantal fors toegenomen. Scholen konden gratis gebruik maken van deze leeromgevingen en andere educatieve software. Ook de leerkrachten uit ‘het peloton’ hebben hiermee inmiddels de mogelijkheden (en beperkingen) van digitale leermiddelen definitief ontdekt. Het opdoen van ervaringen met tools als Youtube, Padlet, Teams, Meet en andere online platforms heeft ertoe geleid dat digitale leermiddelen en online applicaties ten opzichte van de papieren methode (folio) hun positie hebben versterkt.
Hoe kunnen en willen we die verworven kennis en vaardigheden inbouwen in onze manier van lesgeven? En hoe voorkomen we dat die opgedane kennis straks weer verdwijnt?
Deze ervaringen vragen om een vervolg en een vertaling naar het moment dat de scholen weer ‘normaal draaien.’ Hoe kunnen en willen we die verworven kennis en vaardigheden inbouwen in onze manier van lesgeven? En hoe voorkomen we dat die opgedane kennis straks weer verdwijnt? Het zijn vragen waar schoolleiders en teams nu al over na zouden moeten denken. Gebruik deze ontwikkelingen ook voor het opnieuw nadenken over het leermiddelenbeleid, het stellen van kritische vragen aan uitgevers en het meer durven loslaten van methodes en het leren sturen op leerlijnen en lesdoelen.
Digitale adaptieve leermiddelen en Leermiddelenbeleid
Groeperingsvormen
Op veruit de meeste scholen in Nederland is het leerstofjaarklassensysteem nog leidend. De afgelopen jaren buitelen voor- en tegenstanders hiervan op sociale media over elkaar heen. Wat wél steeds duidelijker wordt, is de roep om meer gepersonaliseerd en gedifferentieerd onderwijs. Vaak wordt hierbij hoopvol naar technologie gekeken.
De coronacrisis heeft duidelijk gemaakt dat de kansenongelijkheid toeneemt als kinderen niet meer fysiek naar school kunnen en afhankelijk zijn van de thuissituatie. Binnen wat een vrij homogene klas leek, zie je nu grote verschillen ontstaan. Het is de vraag of scholen zich nu vooral moeten gaan focussen op het verkleinen van de verschillen binnen een groep, óf zich moeten richten op het verder personaliseren van het onderwijs, waarbij eventueel opgelopen vertragingen in de groei (ten opzichte van zichzelf en niet zozeer ten opzichte van het curriculum) weggewerkt worden en leerlingen die sterker gegroeid zijn die lijn ook door kunnen zetten.
Technologie kan hierbij ondersteunend en faciliterend zijn. Instructie kan gedifferentieerd (al dan niet gedigitaliseerd) aangeboden worden. Digitale leermiddelen volgen leerlingen constant op de leerlijn en ontwikkelen steeds verfijnder feedback. Het zou interessant zijn om te onderzoeken wat de verschillen in opbrengsten zijn tussen scholen die tijdens de corona-periode wél of geen gebruik maakten van digitale leermiddelen.
Het zou interessant zijn om te onderzoeken wat de verschillen in opbrengsten zijn tussen scholen die tijdens de corona-periode wél of geen gebruik maakten van digitale leermiddelen.
Tegelijkertijd hebben we meer dan ooit gezien dat bij het geven van onderwijs en het leren van kinderen heel veel aspecten van invloed zijn. Zo heeft de coronacrisis duidelijk gemaakt dat de kansenongelijkheid toeneemt als kinderen niet meer fysiek naar school kunnen en sterk afhankelijk zijn van de thuissituatie. Het laat des te meer zien hoe de verschillende onderdelen van het spinnenweb aandacht behoeven en met elkaar in verbinding staan.
https://www.o21.nu/opleidingen/toekomstgericht-onderwijs-voor-ibers/